Uit het leven van een koerierster
Het koffiewater kookte, de waterdamp steeg als een stofmassa omhoog tegen het plafond, vlug werd het brood gesneden en een maaltijdje bijeen gezameld, dat lang niet voor een normaal door kon gaan. Hoe kon het ook anders, altijd in beslag genomen door die koeriersdiensten, halve maaltijden, halve nachtrusten, lange reizen, en waarvoor dit alles, dacht Greet (Greet Kelder, koerierster KP Sander), die zich inspande vlug haar eigenaardig maaltijdje te maken.
Is het enkel voor een stukje grond dat Vaderland genoemd wordt ? Gisterenavond is daar ook al de hele tijd aan doorgebracht. Zijn het enkel plichten die het geweten doen opleven, maar hoe kunnen dit plichten zijn, nauwelijks 20 geworden, praktisch nooit met de wereld die je omgeeft in nauw contact geweest, hoe kan men daartegenover plichten bezitten ?
"Hoe kon het geweten, die zachte stem die je niet hoort waarvan zij komt, je toch tot zulke "zinloze" acties in staat stellen, want iedere dag betekende deze plicht een kans het leven te verliezen en was nu dit leven een niet te grote prijs, of offer dat men bracht."
"Speelde hier geen andere onzichtbare, onmeetbare van nature in de mens aanwezige krachten die ons zeggen dat wij niet alleen voor ons zelf op deze aarde zijn, maar evengoed met onze medemensen in allerlei opzicht verbonden zijn". Al deze gedachten speelde door de brein van Greet die zich gereedmaakte haar nieuwe reis en opdracht te vervullen.
Wekkers ophalen voor springstof
Tijdens het ontbijt werden de laatste voorzorgsmaatregelen getroffen voor de reis naar Heerlen. Want daar moesten de wekkers gehaald worden die nodig waren om de springstof op een bepaalde tijd te laten springen. De heenreis had natuurlijk niets om het lijf, ook de terugreis verliep heel spoedig, doch op het laatste moment begon in de tas van Greet een wekker en tikken en direct daarop ontstond een hel geluid van een aflopende wekker, de niets vermoedende medepassagiers blijven heel rustig en zeggen enkele lachverwekkende opmerkingen. Maar Greet maakt snel een einde aan het grapje en steekt een speld tussen het raderwerk van de wekker, zodat de apparatuur geen verdere stagnaties kan veroorzaken.
Greet vertelt hier later over:" Onze groep plande een aanslag. Er moesten een paar lichtmasten op vliegveld. Welschap neergehaald worden. Ik werd een tijdje hiervoor naar Limburg gestuurd. Daar zat een explosievenexpert van de mijnen. Daar moest ik een aantal wekkers met explosieven ophalen, Op de terugreis naar Eindhoven begon er opeens één van die wekkers te lopen, Het zweet liep over mijn rug. Mijn andere passagiers was het getik ook niet ontgaan. Ik verzon snel een smoes, Ik zei ggoh, ga ik met een kapotte wekker naar een kennis in Eindhoven om dat ding daar te laten repareren, en nu gaat ie ineens lopen, Een mede passagier zei me dat dit wel kon. "Dat geschud van de trein zal hem wel weer aan het tikken gezet hebben". Bij het eerstvolgende station ben ik uitgestapt, eerst nadat ik op het toilet van de trein een knop speld tussen het raderwerk van die klok had gestoken. Dat was nog een gezoek geweest met een hele koffer vol wekkers. Ik bad, en hoopte maar dat dat ding niet zou afgaan. In Horst-Sevenum ben ik uitgestapt. En vandaar naar Eindhoven gegaan."
Bij aankomst worden de wekkers naar het bekende adres gebracht waar men al zit te wachten op de meegebrachte ondingen, daar er eerst onderricht gegeven moet worden over de behandeling van de springstof met de wekkers. Dit duurde niet lang want de grootste moeilijkheden losten zich automatisch op.
Na het onderricht werden de commandanten ingelicht waar en welk object nu het onderspit moest delven en werden de tijd stippen van uitvoer vastgesteld, twee hoogspanningsmasten zouden worden omvergehaald, waardoor de gehele regio van stroom verstoken zou zijn en geen werk voor de bezetters meer zou leveren. Andere reden was dat de groep "Sander" enkele lichtmasten op vliegveld Welschap wilden neerhalen. Er is veel militair vliegverkeer, 's avonds komen er veel geallieerde vliegtuigen over ons gebied om Duitsland te gaan bombarderen. Als die lichtmasten opgeblazen worden bemoeilijkt dit - in elk geval vertraging - het stijgen en landen van de Duitse jagers.
W.F.R.J.J. en nog 3 collega's uit Valkenswaard zouden hun beste beentje voortzetten. Op een zondagavond, de zon had haar laatste hulp van die dag aan de verdrukte, opgejaagde mensheid gebracht, en daar togen in het schemerdonker onze mannen op stap, voorzien van hun dodelijk middel.
Met de grootste voorzichtigheid moest men de twee masten naderen, want op weinig afstand hiervan stond de kazerne die propvol gestopt was met "Wehrmacht" en op diverse plaatsen in de omgeving hiervan patrouillerende wachten om naderend onheil af te slaan.
Met een tijdverschil van een uur waren onze mannen, na verkenning vooruit gestuurd te hebben, om te zien of de plaats veilig, op de plaats van bestemming aangekomen en in minder dan geen tijd waren zij bezig de springstof aan de masten te bevestigen.
Maar een groep deed de noodlottige ontdekking dat hun meegebrachte werker niet liep, en om geen tijd te verliezen werd besloten de hele springstof aan één mast te bevestigen, waardoor het succes geheel verzekerd was.
Na een half uur ingespannen werk was alles aan de mast bevestigd en keerde men zo vlug men kon huiswaarts om de uitwerking gade te slaan, want volgens berekening zouden om 11 uur avonds de lichten uitgaan wegens het gemis aan elektriciteit.
Thuisgekomen onderzocht men de defecte wekker en moest men tot aller verbazing bemerken dat de speld die onze koerierster erin had gestoken nog steeds op dezelfde plaats zat.
Greet vertelt later hierover;" Op dat moment drong het ineens tot mij door. Ik dacht...verdorie...in die ene wekker zit natuurlijk nog die haarspeld tussen het raderwerk. Ik heb er maar niets van gezegd. Pas na de oorlog. Een dag later moest ik gaan kijken wat er fout was gegaan. Ik werd aangehouden, want alles was natuurlijk afgezet. Maar wat mij de hele oorlog goed geholpen heeft - helblonde haren en blauwe ogen op en in een mooi snoetje - deed het toen ook. Ik zei dat ik wel langs het vliegveld moest, omdat ik anders een paar kilometer moest om fietsen om een tante te bezoeken. Een kilometer verderop lag de eerste lichtmast.... even later de tweede, en weer een stukje verder stond er nog een half overeind. De draden van die mast maakten nog kontakt met de anderen. Dat was de reden waarom ze weer stroom hadden gekregen."
Toen men de volgende dag ’s middags in de trein langs de plaatst des onheils reed, zag men een in allerhaast opgetrokken palenwerk dat de mast heeft moeten onderstutten, vanwege zijn "blessure" en nog steeds stond "Die Wache am Mast".
Ze vertel verder: "Ja, mijn blonde haar en blauwe ogen hebben mij meerdere malen gered'. Zo ook die keer dat ik met een koffer vol bonkaarten naar Amsterdam moest. Ik ging in een lege coupé zitten. Even later stapte er een Duitse luitenant in. Ik dacht, ha...jou heb ik net nodig. Hij kwam bij mij in de coupé zitten. Ik flirtte er maar op los. Onderweg kregen we controle. Maar ik hoefde mijn koffer niet te openen. In Amsterdam droeg die luitenant mijn koffers naar buiten. Weer een geluk. Er was ss-controle. Wij mochten natuurlijk doorlopen. Die dachten; een luitenant met zijn liefje. Hij wilde me ook nog naar het adres brengen. Maar ik zei dat mijn tante niet zo pro-Duits was. Ik zei, ik wel, maar je weet wel hoe gevoelig dit ligt. Dat begreep hij dan wel. Trouwens, die moffen waren heel beleefd met vrouwen. Als je niet wilde, dan drongen ze niet aan. Daarentegen heb ik problemen gehad met de Engelsen en nog meer met de Amerikanen bij de bevrijding. Die namen je gelijk beet."
Greet: "Die Weber [SD chef Eindhoven] was beslist niet gek, Een hele pientere knaap. Die had ons wel in de smiezen. Ik heb dan ook wel gelijk gehad toen ik na de oorlog kreeg bevestigd dat de invasie niet lager op zich had moeten laten wachten, of we waren met zijn allen opgepakt. Soms werd het echt link. Met name als Willy Lages in Eindhoven werd gesignaleerd. Kort voor de invasie plande het Brabantse verzet - een gecoördineerde actie - een overval op kamp Vught om een aantal verzetsmensen te bevrijden. Met name werd er uit de hoek van ex-militairen een aantal gerekruteerd. Mensen die met wapens wisten om te gaan dus. Toen kwam de invasie en ging het plan niet door. Dat is een geluk geweest, want achteraf bleek dat er verraad in het spel was geweest. Daar had ene Christiaan Lindemans (KingKong) nog met te doen gehad meen ik me te herinneren. En ik dacht dat ook Van der Waals in het complot zat. Tja, Weber....of hij nog in leven is? Ik denk van wel. Weet je waar die nu kan wonen? Ja, inderdaad in Limburg. Hij is vlak na zijn vlucht uit Eindhoven ondergedoken bij een pastoor in Duizel. Ik weet nog wel dat het verzet toen het plan had om het daar te liquideren.
Jacques Hermans zal later over Greet schrijven: "De durf door Greetje Kelder en later ook door Loek vertoond, kon menig jongeman tot voorbeeld dienen. Op een gegeven ogenblik was zij de enige schakel tussen ons, aangevuld met een enkele noodzakelijke bespreking op een of andere afgelegen plaats".
Het verzet moest men leren en er ging veel fout... de bevrijding was nabij.