Stationskapper

Eindhoven

Stationskapper in Eindhoven

Vroeger was een stationskapper heel gewoon. De gehaaste reiziger kon daar nog snel voor zijn vertrek of na zijn aankomst zijn baard of kapsel onderhanden laten nemen, zodat hij er netjes uitzag. Maar ook niet-reizigers wisten de kapper te vinden. Tegenwoordig is er, behalve in Eindhoven alleen nog een echte stationskapper in Leeuwarden.

(Dit verhaal is gebaseerd op de tekst van Jan Spoorenberg: Eindhovense stationskappers 1929-2019, hiernaast diverse aanvullingen, zie bronnen)

De kapper op Stationsplein 3 of 3a had nog als uithangbord Coiffeur. Autonummerbord N-9623 is uitgifte 1922.
Verstrekt aan A.C. van Hout, Kruisstraat 14 Eindhoven 

In 1950 (schatting)  was de naam Coiffeur veranderd in "kapper" en toegevoegd: Dames en Herenkapper. 
Op de foto staat een "Bril" Kever, bouwjaar 1950

Kapper op Stationsplein

De vroegst bekende kapper of toen nog genoemd: Coiffeur op het Eindhovense Stationsplein, was Charles Henri Deligne, die sinds 1905 een kappersbedrijf had. In 1921 was dat nog op Rozemarijnstraat 2 (nu Jan van Lieshoutstraat) gevestigd, maar vermoedelijk is hij in 1924 naar Stationsplein 3a verhuisd. Met ingang van 1 oktober 1927 deed hij zijn zaak over aan Jacob Frederik Hardeman en vertrok hij naar Den Haag. Hardeman noemde zijn zaak een barbierswinkel, wat erop wijst dat hij, zoals de meeste herenkappers in die tijd, veel scheerklanten had.

Philips kwam in 1939 met een droogscheerapparaat op de markt, een verkoop succes echter pas na de oorlog. Eerst met het éénkops staafmodel, de grote doorbraak kwam toen in 1951 het tweekoppige 'eitje' in productie werd genomen.

De eerste  stationskapper

De eerste echte stationskapper was Hendrik Wouda. Op zaterdagavond 29 juni 1929 opende hij een kapsalon in de vestibule van het oude station, zoals hij in een advertentie in de krant liet weten. Dat betekende natuurlijk niet, dat hij tussen de reizigersstroom stond te knippen en te scheren, wel dat in de vestibule een deur was die toegang gaf tot zijn salon. Wouda was op werkdagen geopend van half acht 's morgens tot tien uur 's avonds en op zondagen van acht tot twaalf uur. Zowel dames als heren werden bij hem geknipt. Zelfs de Provinciale Noordbrabantsche en 's-Hertogenbossche Courant maakte melding van de opening en noemde die een 'in ons Zuiden ongekende exploitatie'. Dat zou erop kunnen duiden dat Wouda de eerste Brabantse stationskapper is geweest. Voor Eindhoven met haar steeds toenemend reizigersverkeer moet “eene dergelijke zaak wel succes hebben”, meende de krant.

Kapsalon-oude-stationsgebouw.

Kapsalon oude stationsgebouw 1929 -1956
O.a. pot Brylcreem en een fles berkenhaarwater van Dr Dral
foto: De Blauwe Heraut XVIII (2019)

Hendrik vertrok weer in 1931 en werd opgevolgd door de al genoemde Hardeman, die de stationshal blijkbaar een aantrekkelijker punt vond dan zijn eigen kapsalon, maar misschien wilde hij zo zijn enige concurrent uitschakelen. Hardeman had nog alleen een herensalon. Wel verkocht hij ook parfumerieën, maar daarmee zullen de haarwaters en andere toiletartikelen bedoeld zijn die zijn klanten bij hem kochten. De overgang zou met ingang van 1 november 1931 hebben plaatsgevonden, maar werd pas in juni 1932 bij het Handelsregister gemeld. Hardeman bleef stationskapper tot zijn overlijden op 29 juni 1948. Er werkten toen twee of drie bedienden bij hem, waaronder A. v. Wordragen, die de zaak in 1951 overnam.

Alle herenkappers in het centrum van Eindhoven hebben een minimum-tarief afgesproken: haarknippen 0,75 cent en scheren 0,40 cent. 
In 1950 zijn er nog steeds twee kappers op Stationsplein B.Rogmans op 3a en de Stationskapper.

Gerard den Blanken (midden) in 1956 in zijn nieuwe kapsalon.
foto: De Blauwe Heraut XVIII (2019)

Eindhovens Dagblad meldt: Maandag 15 juni 1953 is in het stationsgebouw een nieuwe kapper zijn zaak begonnen. De heer A. v. Wordragen, die voorheen als zodanig werkzaam was, heeft zijn functie als stationskapper in verband met emigratie naar Canada neergelegd en de heer Gerardus M.L. den Blanken heeft zijn werk overgenomen. Laatstgenoemde is na de bevrijding van Eindhoven medeoprichter van de R.K. Bond van Kapperspersoneel geweest, oprichter van de vaktechnische school en administrateur van de kappersvakschool. Hij is acht jaar bediende geweest bij de stationskapper in Tilburg, zodat zijn nieuwe werk hem allerminst vreemd zal zijn.

Gerard had na de lagere school het kappersvak geleerd en zijn vakbekwaamheids diploma behaald. Daarna had hij een gezel diploma gehaald en zelfs nog een vaklerarendiploma. Natuurlijk bezat hij ook een middenstandsdiploma, anders kon hij in die tijd geen eigen zaak beginnen en een eigen salon was zijn droom Toen hij naar Eindhoven kwam had hij inmiddels ruim 19 jaar ervaring in het vak De ƒ 500,- spaargeld die hij bezat was te weinig om de salon over te nemen, maar een lening van ƒ 1500,-van het Waarborgfonds voor de Middenstand bood een oplossing Gerard betaalde Wordragen ƒ 1200,- voor de inventaris en ƒ 400,- voor goodwill en moest daarnaast nog ƒ 175,- in zijn zaak investeren. De Nederlandse Spoorwegen vroegen in die tijd een huur van ƒ 600,- per jaar. Gerard werkte aanvankelijk alleen en maakte lange dagen van 8 uur 's morgens tot 18.00 uur 's avonds en voor de dagelijkse scheerklanten nog zondags van 8-9.30 uur. In de loop van de tijd breidde zijn zaak zich uit met drie bedienden. Op 10 augustus 1956 had hij het genoegen een kapsalon te kunnen openen in het nieuwe station.

NS-Station Eindhoven met aan de rechterzijde is de "kapper" gevestigd.
Ansichtkaart uit de collectie van Jan Spoorenberg.

Onze fotograaf knipte bovenstaand plaatje bij de stationskapper waar gistermiddag ruim 200 nieuwe TH studenten kaal werden geknipt ter opening van de ontgroenings „festiviteiten”. (Foto v. Beurden—E.D.)

Ontgroening


Bij de ontgroening van de eerstejaars-TH studenten hoorde natuurlijk het gebruikelijke kaalscheren. Dat betekende topdrukte voor de stationskapper. De kapper links op de foto is Gerard den Blanken. De middelste kapper is Dion de Kort en vooraan staat kapper Anton Kantelberg, die later naar de Verenigde Staten is verhuisd. Hij is daar een kapperszaak begonnen, die zijn zoon weer heeft overgenomen.

1958 het jaar van de kaalkoppen

​​De Eindhovense Technische Hogeschool (TUe) is in 1956 van start gegaan, een jaar later komen er ook studentenverenigingen zoals Eindhovens Studenten Corps (ESC) en weldra beschikte de jonge vereniging ook over een eigen stekkie. Het was de voormalige villa van een steenfabrikant aan de Parklaan; deze werd verbouwd tot de sociëteit Ilium.
Alleen deze vereniging ging over tot ontgroening en in september 1958 werden 200 nieuwe studenten bij de stationskapper kaal geschoren. Eindhovens dagblad schrijft: “De stationskapper en zijn beide assistenten hebben de hele middag zonder onderbreking geknipt." Eenvoudigweg het apparaat over schedels gelaaid om de slachtoffers binnen de drie minuten met een fraai, kaal hoofd de scheerstoel uit te kunnen jagen. Het is een record-race geworden en dat was ook nodig, want soms stonden de studenten drie rijen dik te wachten. Onnodig te zeggen, dat deze massale "knippartij” veel belangstelling trok van Eindhovenaren, buspassagiers en treinreizigers.
Slechts weinigen maakten zich, getooid met een alpinopetje of een ander hoofddeksel, wat schuw uit de voeten. Het moet wel het ergste voor de nieuwbakken hogeschoolstudenten zijn geweest dat ze één gulden dertig voor andermans lol moesten neertellen!

In 1964 was het afgelopen met kaalknippen. De rector magnificus te Eindhoven liet in 1963 een commissie onderzoek doen naar uitwassen; ook het Bossche parket was daarbij vertegenwoordigd. Deze commissie concludeerde tot een verbod van lijfelijke ontgroeningsmethoden en tot een tuchtrechtelijke berisping aan een student die een noviet of foet een gescheurd trommelvlies had bezorgd.

Foto 1963 uit privé collectie van een student.

Blauwe logo is ingang stationskapsalon

Op 1 oktober 1973 deed Gerard zijn zaak over aan zijn zoon Ton den Blanken. Pieter van de Vondervoort, die in 1981 bij de kapper ging werken, herinnert zich dat er in de periode 1981-1995 zo'n zes kappers in de salon stonden. Ton trok zich in de jaren 1993/1994 langzaam terug en verhuurde de winkel aan Pieter, die de zaak ten slotte op 1 maart 1994 overnam. Op 29 juli 2017 kon hij op de oude plek in het al gedeeltelijk gerenoveerde station een nieuwe salon openen. In verband met deze renovatie was hij enkele weken daarvoor in een noodunit op het Stationsplein gevestigd.

Pieter van de Vondervoort knipt in zijn voormalige interieur stationskapsalon.
Foto www.facebook.com/stationskapsalon

Nieuw interieur stationskapsalon
Foto www.facebook.com/stationskapsalon

Nieuw interieur stationskapsalon sinds 2017.
Een foto van de ronde ramen van Lex Horn Glasappliqué, zijn orgineel in station Eindhoven te zien, maar deze foto past wel bij de style van de kapper.
Foto www.facebook.com/stationskapsalon

Stationskapsalon

Bij de heropening van het vernieuwde NS-station stond ook het Eindhovens Dagblad van 25-07-2017, stil bij de vernieuwde stationskapper, die nu deftig, maar al langer is aangeduid als: stationskapsalon

De 55-jarige Pieter van de Vondervoort vertelt in de krant: ,,Ik knip al 35 jaar lang met veel plezier. "Ik denk niet dat er veel mensen zijn die elke twintig minuten op hun werk een complimentje krijgen", vertelt hij.
Op een doodgewone dinsdagmorgen, in 2017 is het er een drukte van belang, in de stationssalon. De zaak zelf bestaat al ruim 90 jaar. Het grootste gedeelte van de heren dat binnenloopt, kent Van de Vondervoort bij naam. Niet zo gek, hij werkt er al 35 jaar, mag zich al bijna een kwart eeuw eigenaar noemen. ,,Ja, 99 procent is vaste klant hier. Ik krijg tegenwoordig ook veel aanloop van studenten en expats. Het klopt dat er niet veel stationskappers meer zijn. Dat heeft echt met de vergrijzing te maken", legt hij uit. ,,Ik ben daarom al een tijd geleden ook gaan inzetten op studenten, die voor een speciaal tarief geknipt worden. Die blijven komen. Zeker als ze hier in Eindhoven een baan vinden."
Door de jaren heen heeft Van de Vondervoort de stad zien veranderen. Net als zijn klantenbestand. ,,We hebben wel een dip gekend hoor. Toen Philips hier uit de stad vertrok, merkten we dat. Dat was zo'n sociaal bedrijf, mensen gingen ook onder werktijd naar de kapper. Ha! Misschien is dat ook wel de reden van de ondergang geweest", lacht hij. Over het vernieuwde station is hij te spreken, al vond hij de oude situatie ook prima.
Van de Vondervoort, die zijn klanten bovenal hoffelijk benadert, zo begeleidt hij een 88-jarige vaste bezoeker naar de stoel en helpt hij uiteindelijk ook weer in zijn jas. Met een borsteltje veegt hij nog wat haren van de rug. ,,Het is ook gewoon een kwestie van mensen normaal behandelen. Soms maak je een praatje, soms houd je je mond. "Dat heb je snel genoeg in de gaten", zegt hij, terwijl hij knikt naar een zwijgende, oudere man in een stoel. Om nieuwe klanten te trekken verklapt zijn website: studenten hebben op donderdag, vrijdag en zaterdag een speciale korting. Ze kunnen dan het verhaal over kaalscheren in de jaren zestig eventueel aanhoren.

Inmiddels is de kapper meegegaan in de vaart van digitale vormen en heeft hij een website, al sinds 2009 om online te boeken, openingstijden en aanbiedingen en een Facebook pagina met de laatste nieuwtjes.
www.stationskapsalon.nl
www.facebook.com/stationskapsalon

Duidelijk is dat een behandeling bij de stationskapper meer is dan alleen knippen. Laten we deze traditie in ere houden.

Bronnen

Eindhovense stationskappers 1929-2019, door Jan Spoorenberg in De Blauwe Heraut XVIII (2019) pagina 13 - 15



Eindhovensch dagblad 03-09-1958 artikel: Kale bedoeling op het Stationsplein
https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMRHCE02:163629055:mpeg21:p00001



Meer over NS-Station
https://www.eindhovenfotos.nl/2/ns_station_eindhoven.html